© Er zijn zaken en er zijn bijzaken (1995) - Fred Eerdekens - Jan Van Eyckzaal in het Vlaams Parlement

wie volgt de cultuurhuizen écht op? lokaal cultuurbeleid in de commissie cultuur

17.11.2025 · #cult! #beleid

In de Commissie Cultuur van het Vlaams Parlement voerden de commissieleden een gesprek over de geleidelijke verschuivingen die cult! opmerkt bij cultuurhuizen en de manier waarop Vlaanderen opvolgt hoe steden en gemeenten omgaan met cultuurbudgetten. Wat werd er besproken en zijn we gerustgesteld?

zorgen over lokale autonomie en financiële druk

Commissielid Katrien Partyka (CD&V) verwijst in haar vraag om uitleg naar signalen uit de sector en het artikel dat cult! schreef: “We weten allemaal dat het lokale cultuurbeleid voor een stuk is losgelaten door Vlaanderen, met het niet-indexeren en het loslaten van de oormerking. Toen waren er grote zorgen over dat dat een aardverschuiving zou veroorzaken. Die is gelukkig uitgebleven, maar toch wordt nu door de sector, onder andere door cult!, een en ander aangekaart.”

Door het wegvallen van de oormerking en het uitblijven van indexering, vreest ze dat cultuur in kerntakendebatten sneller het onderspit kan delven. Ze pleit daarom voor duidelijkere cijfers en voor een structurele dialoog tussen Vlaanderen, de sector en lokale besturen.

Minister Caroline Gennez reageert met een overzicht van de beschikbare monitoringsinstrumenten:

lokale vrijetijdsmonitor

  • Sinds 2018, elke drie jaar, door het Departement Cultuur, Jeugd en Media
  • Verzamelt brede vrijetijdsdata, waaronder cultuur
  • 88% responsgraad in de laatste ronde (2023)

nieuwe financiële monitoring via BBC

  • Gebaseerd op de BBC-gegevens van lokale besturen
  • Beheerd door het Agentschap Binnenlands Bestuur
  • Laat toe om cultuuruitgaven gedetailleerder te analyseren (gepland in 2026)

Minister Gennez verwacht dat de nieuwe monitoringtool in februari 2026 klaar is, waarna er volgens haar een onderbouwd debat kan plaatsvinden. Een voorlopige analyse toont volgens de minister een stijgende trend in absolute cultuuruitgaven tussen 2014 en 2023. Gemiddeld spendeerden steden en gemeenten in 2022 119 euro per inwoner aan cultuur, een stijging van 35% ten opzichte van 2014. Het aandeel cultuur in de totale lokale uitgaven blijft stabiel rond 5,5%.

Minister Gennez nuanceert dus de indruk dat er grote verschuivingen plaatsvinden: “We moeten er ons voor hoeden om specifieke evoluties te extrapoleren naar heel Vlaanderen. Wat we wel merken uit gesprekken met cultuurhuizen, waar cult! ook naar verwijst en wat onder meer ook weergegeven is in de Landschapstekening Kunsten, is dat veel steden en gemeenten overgingen op organisatorische herstructureringen.”

rol van Vlaanderen

Minister Gennez erkent dat de afstemming tussen Vlaamse en lokale niveaus soms ontbreekt, maar wijst op bestaande informatiedeling via onder meer Cultuurconnect, IGS’en & het bovenlokaal decreet, UiTPAS en netwerkmomenten van VVSG.

Frederik Sioen (Vooruit) voegt toe dat financiële druk kan leiden tot verschraling: cultuurhuizen worden soms afgerekend op inkomsten en publiekscijfers, wat alternatieve, experimentele en lokale programmatie onder druk zet. Bram Jaques (Groen) maakt het voorstel om, wanneer de evaluatie klaar is, het gesprek te voeren over de afschaffing van de oormerking van de middelen en de inkanteling in het Gemeentefonds.

Tot slot vraagt Partyka (CD&V) aandacht voor een meer ondersteunende Vlaamse rol bij het delen van inzichten, prognoses en goede praktijken, zonder het principe van lokale autonomie te ondergraven.

Ze sluit de discussie af: “Ik denk echter dat we het er ook eens over zijn dat de slinger nu misschien iets te ver doorgeslagen is, en dat er toch wel mogelijkheden zijn om dat lokale cultuurbeleid vanuit het Vlaamse niveau te ondersteunen. Ik denk dat daarover unanimiteit bestaat en dat we daar verder mee aan de slag kunnen.”

zijn we gerustgesteld?

Het debat toont de bezorgdheid over de veerkracht van het lokale cultuurbeleid onder financiële druk. Vlaanderen gaat bouwen aan betere monitoring, maar structureel overleg ontbreekt nog. In 2026 moet een diepgaande financiële analyse hopelijk de basis vormen voor verdere gesprekken over de rol van Vlaanderen in de toekomst van lokaal cultuurbeleid: is er ruimte voor een nieuwe, versterkende band?.

De discussie in de commissie sluit aan bij de analyses en aanbevelingen die cult! eerder al formuleerde naar aanleiding van reorganisaties in enkele cultuurhuizen. Waar minister Gennez benadrukt dat er in globale termen geen grote besparingen zijn, wijzen de signalen uit het veld op iets subtielers maar niet minder bedreigends: een knip in personeel en een sluipende verschuiving in prioriteiten, opdrachten en investeringen.

Dit blijft bovendien vaak onder de radar door het ontbreken van een fijnmazige monitoring. Cult! waarschuwde eerder al voor de tekortkomingen van de vrijetijdsmonitor en maakte ook deel uit van de evaluatiegroep. We kijken uit naar de nieuwe financiële monitoringstool en hopen dat de die functionaliteiten zullen volstaan om aan een uitgebreidere benchmarking te doen.

Zowel het versterken van het Vlaamse beleidsteam rond lokaal cultuurbeleid, als het creëren van een structureel platform voor overleg, zijn aanbevelingen die terug te vinden zijn in ons memorandum. Met de detailanalyse in 2026 en een alertere blik vanuit Vlaanderen, hopen we deze stille tendensen tastbaar te maken en samen te werken aan een toekomstgericht lokaal cultuurbeleid. Wordt vervolgd.